Het recept voor dit brood stond vorige week in een artikel in de Trouw over het fermenteren van voedsel. Dit naar aanleiding van het verschijnen van het kookboek ‘Verrot lekker‘ van Christian Weij. Fermenteren is een oude vorm van conserveren; het functioneel laten rotten van voedsel. Veel van wat we lekker vinden, is gefermenteerd. Zoals: koffie, wijn, bier, kaas, brood, peper, etc.
Ik vond het een interessant en intrigerend artikel en besloot dit recept direct maar te proberen.
Hoewel ik tijdens het bakken een paar keer twijfelde aan het eindresultaat en meer baktijd nodig had, ontstond er toch een mooie Farinata (de naam voor dit Italiaanse platbrood van kikkererwtenmeel) die goed smaakte.
Ingrediënten:
- 175 gram kikkererwtenmeel
- 175 gram havermeel
- 600 ml melk
- 6 eetlepels olijfolie
- 2 theelepels fijn zeezout
- 1 eetlepel Italiaanse kruiden
Meng de twee meelsoorten met de melk en laat dit twaalf uur afgedekt staan bij kamertemperatuur. Door de melkzuurbacteriën en gistcellen op de haverkorrels zal het beslag gaan fermenteren.
Roer daarna het zout, de kruiden en 2 eetlepels olie door het beslag.
Verwarm de oven voor op 220 graden.
Schenk de rest van de olie in een grote ovenvaste koekenpan en laat het heet worden. Als je – zoals ik – geen ovenbestendige koekenpan hebt, kun je de olie ook in een gewoon pannetje verhitten en daarna in een grote quichevorm gieten.
Giet het beslag in de koekenpan of de quichevorm zodat er een laag beslag is van ongeveer een halve centimeter dik.
Zet de pan of vorm midden in de oven en laat de farinata in ongeveer 10 minuten gaar en goudbruin worden. Dit duurde bij mij ongeveer 25 minuten, waarschijnlijk omdat de beslaglaag dikker was. Zodra het is afgekoeld kun je het in puntjes snijden en serveren. Lekker als bijgerecht bij een salade.
Vegetarisch eten is een feest! 